Financiën

Risicoparagraaf

Wetterskip Fryslân heeft bij het uitvoeren van haar activiteiten te maken met risico’s en onzekerheden. Om de continuïteit en de kwaliteit van de werkzaamheden en de financiële positie van het waterschap te borgen, voert Wetterskip Fryslân een actief risicomanagement. Dat is gericht op het tijdig identificeren van de belangrijkste risico’s en op het treffen van maatregelen om deze te beheersen. Risico’s worden afgedekt door procedures, verzekeringen of voorzieningen. Risico’s die niet afgedekt worden uit deze zaken worden afgedekt vanuit de algemene reserve. Naast de voor de bepaling van de weerstandscapaciteit geïdentificeerde risico’s zijn er nog incidentele risico’s die in deze paragraaf worden beschreven.

COVID-19
De gevolgen van de coronacrisis op de productie en financiën zijn voor alle taken van Wetterskip Fryslân zo goed mogelijk in beeld gebracht. Ondanks dat we al ruim een half jaar met deze crisis te maken hebben, zijn de gevolgen voor de lange termijn, vanwege de grote onzekerheid hoe de pandemie zich de komende periode gaat ontwikkelen, lastig in te schatten. In deze begroting zijn inschattingen gemaakt van de effecten van de coronacrisis op deze (meerjaren)begroting op basis van de huidige kennis. Zowel ten aanzien van de lastenontwikkeling als ten aanzien van de belastingopbrengsten.

Veenweidevisie
De Veenweidevisie geeft de doelen en maatregelen voor het veenweidegebied op hoofdlijnen aan. De uitvoering van dit programma is een proces waarbij verschillende actoren een belangrijke rol spelen. Hun belangen zijn soms heel verschillend. Daardoor kan weerstand en de nodige discussie ontstaan. Het verloop van het proces bepaalt mede het tempo van de uitvoering en daarmee van de inzet van middelen (geld en capaciteit). De kans bestaat dat er bij de uitvoering meer maatwerk nodig is dan oorspronkelijk voorzien was. Afgesproken is dat Wetterskip Fryslân jaarlijks € 1,25 miljoen bijdraagt.

KRW-opgaven
De KRW-beslisnota 2015 bevat een maatregelenpakket voor de periode 2016-2021. Voor alle maatregelen geldt een resultaatsverplichting. Halen we het resultaat niet en een goede motivering ontbreekt, dan kan de Europese Unie een boete opleggen. Voor de uitvoering van de inrichtingsmaatregelen hebben we in veel gevallen grond nodig. Vaak gaat dit om stroken grond ten behoeve van de ecologische inrichting van watergangen. In de praktijk blijkt dat grondeigenaren moeilijk te bewegen zijn om grond beschikbaar te stellen voor KRW-doelen. Dit leidt tot lange processen. Het risico bestaat dat we het maatregelenpakket voor de periode 2016-2021 niet volledig in deze planperiode kunnen realiseren, en dat deze maatregelen dan in de planperiode 2022- 2027 gerealiseerd moeten gaan worden. Indien de maatregelen niet voor 2027 gerealiseerd zijn kan de EU sancties opleggen. Deze zijn op dit moment niet te kwantificeren.

Nadeelcompensatie omleggen persleidingen
Op 26 augustus 2020 is door de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State in hoger beroep uitspraak gedaan ter zake van de kosten van het verleggen van persleidingen bij de Centrale As en de provinciale weg N381. Wetterskip Fryslân is in het ongelijk gesteld met als grondslag dat de provincie de beleidsruimte toekomt om de schadeloosstelling, voor het verleggen van leidingen in eigendom bij de netbeheerders zoals het waterschap, te regelen zoals vastgelegd in de provinciale nadeelcompensatieverordening. Dit mede tegen de achtergrond van een liggingsduur van 33 jaar van de persleidingen die moesten worden verlegd als gevolg van de aanleg van de genoemde provinciale wegen, waaruit volgt dat dit tot het normale maatschappelijk risico behoort.
Ten behoeve van persleidingen wordt al vanaf het jaar 2000 die in het recente verleden en thans worden aangelegd zo veel als mogelijk een recht van opstal gevestigd. Dit ter verzekering dat het werkelijk door het waterschap te lijden nadeel als gevolg van de verlegging van de persleidingen komt te liggen bij de initiatiefnemer die een wens heeft om tot verlegging van een persleiding over te gaan. Voor een deel van de oude leidingen waarvoor geen recht van opstal is gevestigd geldt nog steeds het financiële risico zoals zich dat heeft voorgedaan bij de Centrale As en de N381. Op basis van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State wordt nagegaan of het mogelijk is de positie van het waterschap op dit onderdeel nog te verbeteren.

Ontwikkeling plaagsoorten
In februari 2018 is de Regeling exotenbestrijding verschenen. De verwachting was dat de provincie in lijn daarmee snel met beleidskaders zou komen voor exotenbestrijding (invasieve exoten, zowel flora als fauna). Naast het beleidskader is ook een uitvoeringskader nodig, inclusief financieringsafspraken met andere beheerders als Wetterskip Fryslân. Regulier overleg tussen provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân heeft echter nog niet tot een concrete werkwijze geleid.
Om schade aan watersysteem en natuur te beperken, vraagt het voorkómen en bestrijden van plaagsoorten steeds meer aandacht. Hierbij sluiten we zoveel mogelijk aan bij Europees, landelijk en regionaal beleid. Ook werken we samen met andere betrokken partijen. De ontwikkeling van plaagsoorten verloopt vaak onvoorspelbaar en is bijvoorbeeld sterk afhankelijk van het weer. Mede als gevolg van de klimaatontwikkeling, zien we de kosten de laatste jaren toenemen. We proberen deze kosten te dekken uit de reguliere budgetten, maar sluiten niet uit dat de bestrijding in enig jaar tot een overschrijding leidt.
Na een strenge winter volstaat het reguliere budget. Na een zachte winter en een groeizaam voorjaar en zomer, kan een overschrijding oplopen tot € 1 miljoen.

POP3-bijdrage
In het kader van de POP3- subsidieregeling, die een formele looptijd heeft van 2014 tot en met 2020, zijn voor Fryslân naar verwachting voor de totale looptijd van de regeling € 1,5 miljoen uitvoeringskosten verschuldigd aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De RVO is het betaalorgaan waarvan we verplicht gebruik moeten maken om in aanmerking te komen voor Europese subsidiegelden. Door de POP3-regeling kunnen we projecten uit de KRW-beslisnota versneld uitvoeren. De overheden die de cofinanciering voor hun rekening nemen - de provincie en Wetterskip Fryslân – moeten de uitvoeringskosten betalen. Conform het advies van de Unie van Waterschappen en de afspraak met de provincie, hebben we met de provincie afgesproken dat de provincie de totale uitvoeringskosten voor haar rekening zal nemen. Wij verhogen voor hetzelfde bedrag onze bijdrage aan investeringen regionale regeling. Per saldo dragen de beide overheden gelijkwaardig bij. Een deel van de projecten uit de KRW-beslisnota is gepland op particuliere gronden in met name de deelsystemen. Voor de realisatie is draagvlak en medewerking nodig en onze onderhandelingsinstrumenten zijn beperkt. Het zou dus kunnen dat we het beschikbare POP3-geld niet volledig benutten. Als we daarnaast reeds beschikte prestaties niet realiseren, kan RVO een boete van 5% van het totaal beschikte bedrag opleggen. Het financiële risico wordt laag ingeschat.
Mocht voor alle beschikte aanvragen een boete wordt opgelegd dan bedraagt het financiële risico (maximaal) € 1,0 miljoen.

PFAS
De nieuwe normen voor PFAS in grond en bagger kunnen leiden tot hogere kosten bij projecten en onderhoud waarbij grondverzet of afzet van bagger aan de orde is. Bij onderhoud geldt dit met name bij baggeren in stedelijk gebied. Hierbij is afzet van bagger op de kant vaak niet mogelijk en moet de bagger afgevoerd worden. De kosten hiervoor zijn momenteel in ontwikkeling. Ook bij baggeren nabij riooloverstorten moet de bagger afgevoerd worden. Voor het baggeren in het landelijk gebied lijken er weinig risico’s te zijn. Bij een verkenning in het beheergebied op twintig locaties bleek alle PFAS in de bagger ruimschoots onder de norm te zitten die geldt voor het verspreiden van bagger op de kant.
Bij projecten waarbij grondverzet aan de orde is (zoals bijvoorbeeld herstel van keringen), hebben we te maken met hogere onderzoekskosten en hogere kosten voor aanvoer van geschikte grond en de afvoer van grond. De kostenontwikkeling is sterk afhankelijk van de besluitvorming ten aanzien van PFAS

SDE Subsidie
Voor de energie besparende projecten maakt Wetterskip Fryslân gebruik van de Stimuleringsregeling Duurzame energie (= SDE-subsidie). De subsidievoorwaarden kunnen jaarlijks worden aangepast. Voor lopende projecten is een inschatting gemaakt van de mogelijk te ontvangen subsidie op energieopwekking op basis van de vingerende subsidievoorwaarden. Als er wijzigingen in de subsidievoorwaarden zijn, wordt het algemeen bestuur hiervan in kennis gesteld, inclusief de betekenis hiervan voor de lopende projecten.

Afvalstoffenheffing Slib
In de fiscale beleidsagenda voor de Tweede Kamer is de opheffing van de vrijstelling van afvalstoffenheffing voor zuiveringsslib opgenomen. Tot dusver was er voor zuiveringsslib een vrijstelling voor de heffing op verbranding van het slib. De kosten voor de slibeindverwerking stijgen in dit geval met ongeveer € 2 miljoen per jaar. In 2019 is er nog geen sprake van verbreding van de afvalstoffenheffing voor het verbranden van zuiveringsslib. Het ministerie wil overleggen met de waterschappen en zal overwegingen (argumenten) van de waterschappen meenemen bij de uitwerking van mogelijke maatregelen.

Wettelijke beoordeling Primaire Keringen
In het voorjaar van 2020 is de landelijke masterplanning vastgesteld. Waterschappen geven hierin hun planning van de beoordelingen van hun primaire keringen aan. Daarbij is de deadline voor de afronding van de beoordeling nu vastgelegd op 1 juli 2022, waarmee de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) de mogelijkheid geboden wordt tijdig de voorgelegde beoordelingen te toetsen. We hebben daarmee nog twee jaar de tijd om de beoordelingen af te ronden. In 2021 en 2022 onttrekken we jaarlijks € 0,2 miljoen aan de bestemmingsreserve HWBP om zo een extra inspanning in de toetsing te kunnen doen. Voor de IJsselmeerdijken wordt nagegaan of we tot een voorlopig oordeel (sterk verkorte toets) kunnen komen. Wij spannen ons maximaal in om tot een voorlopig oordeel te komen. We trekken hierin landelijk op met de andere waterschappen. Met het vaststellen van het Masterplan voor de eerste beoordeling en de inspanning vanuit de Unie rondom het voorlopig oordeel, gaan we er van uit voldoende in handen te hebben om een voorlopig oordeel voor de IJsselmeerdijken te kunnen realiseren. Er blijft echter een kleine kans dat een voorlopig oordeel niet mogelijk blijkt te zijn. Dan halen we met de beschikbare capaciteit en middelen de landelijke planning niet.

Ingangstoets Hoogwaterbeschermingsprogramma
Het doel van de ingangstoets is om de landelijke programmering van de HWBP-projecten stabieler te maken. De ingangstoets haalt een deel van de werkzaamheden en onderzoeken uit de verkenningsfase naar voren. Dat deel is dan waarschijnlijk niet meer subsidiabel. Wij doen in 2020 mee als pilot voor Schiermonnikoog (nadat de beoordeling uitgevoerd is). Zo willen we invloed uitoefenen op de definitieve vorm van de ingangstoets en het subsidiabel maken van de kosten.

Dividend Nederlandse Waterschapsbank
De NWB heeft aangegeven te streven naar een bestendig dividendbeleid.
In de meerjarenbegrotingen is structureel een opbrengst dividend van de NWB opgenomen van jaarlijks € 2,3 miljoen. De hoogte van het dividend is afhankelijk van de nettowinst. Of een dividend van € 2,3 miljoen de komende jaren (2021 en verder) realistisch is, moet in de praktijk nog blijken.

BTW risico voor OSW (overdracht stedelijk water) investeringsprojecten
In het kader van OSW investeringsprojecten is er discussie over de mogelijkheden en wijze van BTW compensatie. Dit speelt bij investeringen in gemalen in bebouwd gebied. Het risico bestaat dat de gemeenten deze claim op het waterschap proberen te verhalen. Wetterskip Fryslân stelt zich op het standpunt dat de vigerende overeenkomsten geen aanleiding geven voor het toekennen van eventuele claims.

Deze pagina is gebouwd op 02/18/2021 09:12:05 met de export van 02/18/2021 09:02:29